L'article 1 de la Convention reprend une disposition figurant dans plusieurs Traités d'amitié, d'établissement ou de commerce conclus par la Belgique en prévoyant au profit des ressortissants de chacun des États, sur le territoire de l'autre État, le libre accès aux tribunaux et une protection juridique de leurs droits personnels et patrimoniaux, identique à celle des nationaux.
Artikel 1 van de Overeenkomst neemt een bepaling over die voorkomt in verscheidene door België gesloten vriendschaps-, vestigings- of handelsverdragen, en die voorziet in de vrije toegang van de onderdanen van elk van beide Staten tot de gerechten en in een eenzelfde juridische bescherming van hun persoonlijke rechten en van hun vermogensrechten als voor de eigen onderdanen.