Art. 3. Un § 2ter est inséré à l'article 4 : « La convention collective de travail du 27 mai 2015 prise en application de la convention collective de travail n° 118 fixant pour 2015-2016 le cadre interprofessionnel de l'abaisse
ment à 55 ans de la limite d'âge en ce qui concerne l'accès au droit aux allocations pour un emploi de fin de
carrière, pour les travailleurs qui ont une carrière longue, qui exercent un métier lourd ou qui sont occupés dans une entreprise en difficultés ou en restructuration, porte pour la période allant du 1
...[+++] janvier 2015 au 31 décembre 2016, la limite d'âge à 55 ans pour les travailleurs qui réduisent leurs prestations de travail à mi-temps ou d'1/5 en application de l'article 8, § 1 de la convention collective du travail n° 103 du 27 juin 2012 et qui remplissent les conditions prévues à l'article 6, § 5, 2° et 3° de l'arrêté royal du 12 décembre 2001 tel que modifié par l'arrêté royal du 30 décembre 2014, à condition qu'au moment de l'avertissement écrit de la diminution des prestations de travail qu'il adresse à l'employeur, le travailleur puisse justifier 35 ans de carrière professionnelle en tant que salarié au sens de l'article 3, § 3 de l'arrêté royal du 3 mai 2007 fixant le régime de chômage avec complément d'entreprise».Art. 3. In artikel 4 wordt een nieuwe § 2ter ingevoegd : « Bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2015 met toepassing van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 118 tot vaststelling voor 2015-2016 van het interprofessioneel kad
er voor de verlaging van de leeftijdsgrens naar 55 jaar, voor wat de toegang tot het recht op uitkeringen voor een landingsbaan betreft, voor werknemers met een lange loopbaan, zwaar beroep of uit een onderneming in moeilijkheden of herstructurering, wordt, voor de periode van 1 januari 2015 tot 31 december 2016, de leeftijdsgrens op 55 jaar gebracht voor werknemers die hun arbeidsprestaties verminderen t
...[+++]ot een halftijdse betrekking of verminderen met 1/5e met toepassing van artikel 8, § 1 van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van 27 juni 2012 en voldoen aan de voorwaarden vermeld in artikel 6, § 5, 2° en 3° van het koninklijk besluit van 12 december 2001, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 30 december 2014, op voorwaarde dat de werknemer, op het ogenblik van de schriftelijke kennisgeving van de vermindering van zijn arbeidsprestaties aan de werkgever, een beroepsverleden van 35 jaar als loontrekkende kan aantonen in de zin van artikel 3, § 3 van het koninklijk besluit van 3 mei 2007 tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag».