Le Conseil d'État (205) et la doctrine (206) admettent, sous certaines conditions, que le législateur puisse malgré tout intervenir pour régler l'exercice par les Chambres législatives de leurs compétences.
De Raad van State (205) en de rechtsleer (206) aanvaarden dat, onder bepaalde voorwaarden, de uitoefening van de bevoegdheden door de Wetgevende Kamers toch bij wet wordt geregeld.