4. Les États membres veillent à ce que, dans les cas où des obligations s’appliquent aux distributeurs de produits d’assurance ou de réassurance, en cas d’infraction à ces obligations, des sanctions et d’autres mesures administratives puissent être appliquées aux membres de leur organe de direction ou de surveillance et à toute autre personne physique ou morale qui, en vertu du droit national, est responsable de l’infraction.
4. De lidstaten zorgen ervoor dat als verzekerings- of herverzekeringsdistributeurs aan verplichtingen onderworpen zijn, bij een schending van een dergelijke verplichting bestuursrechtelijke sancties en andere maatregelen kunnen worden opgelegd aan de leden van het leidinggevend of toezichthoudend orgaan, en aan alle andere natuurlijke of rechtspersonen die uit hoofde van het nationale recht voor dergelijke schending verantwoordelijk zijn.