Le CONSEIL D'ÉTAT, section de législation, deuxième chambre, saisi par le ministre des Affaires ét
rangères, le 29 mai 2006, d'une demande d'avis, dans un délai de trente jours, sur un avant-projet de loi « portant asse
ntiment à l'Accord, conclu par échange des lettres à La Haye le 9 juin 2005, entre les Gouvernements des États du Bénélux (le Royaume de Belgique, le Grand-Duché de Luxembourg, le Royaume des Pays-Bas) et le gouvernement de la République d'Albanie relatif à la suppression de l'obligation du visa concernant les passeports
...[+++] diplomatiques », a donné le 21 juin 2006 l'avis suivant:
De RAAD VAN STATE, afdeling wetgeving, tweede kamer, op 29 mei 2006 door de minister van Buitenlandse Zaken verzocht hem, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een voorontwerp van wet « houdende instemming met de Overeenkomst, gesloten door uitwisseling van brieven te Den Haag op 9 juni 2005, tussen de regeringen van de Benelux-Staten (het Koninkrijk België, het Groothertogdom Luxemburg, het Koninkrijk der Nederlanden) en de regering van de Republiek Albanië inzake de afschaffing van de visumplicht met betrekking tot diplomatieke paspoorten », heeft op 21 juni 2006 het volgende advies gegeven :