51. estime que le développement durable devrait être un principe général de la révision de la PEV, notamment en donnant une place centrale à l'amélioration de la protection de l'environnement, au développement du grand potentiel de la région en matière d'énergie renouvelable et à la promotion de politiques et de projets assurant une meilleure utilisation des maigres ressources en eau;
51. is van oordeel dat duurzame ontwikkeling een horizontaal beginsel van de herziening van het ENB zou moeten zijn, waarbij de nadruk met name moet liggen op een betere bescherming van het milieu, de ontwikkeling van het enorme potentieel voor hernieuwbare energieën in de regio, en de stimulering van beleidsmaatregelen en projecten die bevorderlijk zijn voor een beter gebruik van schaarse watervoorraden;