En deuxième lieu, il serait possible d'accroître la production de sources de protéines dans l'Union européenne telles que les légumineuses (pois, fèves et féve
roles, lupins doux, luzerne, trèfle violet, tournesol et graines de soja), les céréales et les graminées ainsi que les crucifères (notamment, choux non pommé, rutabaga, betterave fourragère, navets et colza) par des améliorations végétales de façon à pouvoir obtenir des rendements plus élevés, une meilleure résistance a
ux parasites et aux maladies et une réduction du coût des in
...[+++]trants.
Ten tweede zou de productie in de EU van eiwithoudende gewassen zoals peuldragers (erwten, bonen, zoete lupinen, luzerne, rode klaver, zonnebloemen en sojabonen), granen, grassen en koolsoorten (waaronder boerenkool, koolrabi, mangelwortel, raap en koolzaad) worden opgevoerd door een betere teelt met hogere opbrengsten, een betere weerstand tegen plantenziekten en vraat en lagere productiekosten.
