9. admet que les modèles en matière de soins pour les maladies chroniques ne devraient plus se concentrer sur les maladies chroniques à un stade avancé mais sur les personnes à un stade précoce des troubles non transmissibles, l'objectif ultime n'étant pas seulement de traiter les maladies, mais également d'améliorer le pronostic pour les malades souffrant de troubles chroniques; insiste, dans le même temps, sur l'importance des soins palliatifs;
9. erkent dat de nadruk van chronische zorgmodellen op de geavanceerde chronische toestand moet worden verlegd naar het begeleiden van mensen in een vroeg stadium van hun niet-overdraagbare aandoening, met als uiteindelijke doel niet alleen het behandelen van ziekten maar ook het verbeteren van de prognose voor patiënten die lijden aan chronische aandoeningen; benadrukt tegelijk het feit dat palliatieve zorg belangrijk is;