Les mesures visées en B.11 sont de nature telle qu'un employeur normalement diligent peut savoir de manière suffisamment précise ce qu'on attend de lui et savoir ainsi, au moment où il adopte un comportement, si ce comportement est répréhensible ou non, de sorte que, d'une part, celui qui commet les faits peut évaluer préalablement de manière certaine quelle peut être la conséquence pénale de ses actes et que, d'autre part, il n'est pas accordé au juge de pouvoir d'appréciation trop important.
De in B.11 bedoelde maatregelen zijn van die aard dat een normaal zorgvuldige werkgever op voldoende precieze wijze kan weten wat van hem wordt verlangd en hij aldus kan weten, op het ogenblik dat hij een gedrag aanneemt of dat gedrag al dan niet strafbaar is, zodat, enerzijds, degene die de feiten begaat, vooraf op zekere wijze kan inschatten wat het strafrechtelijk gevolg van zijn daden kan zijn en, anderzijds, aan de rechter geen al te grote beoordelingsbevoegdheid wordt gelaten.