le pays candidat doit disposer: - d'institutions stables garantissant la démocratie, la primauté du droit et des droits de l'homme ainsi que le respect des minorités; - d'une économie de marché viable et de la capacité de faire face à la pression concurrentielle au sein du marché intérieur; - de la capacité d'assurer les obligations de l'Union, notamment en matière d'UEM.
het kandidaat-land: - moet beschikken over stabiele instellingen die de democratie, de rechtsstaat, de mensenrechten en het respect voor en de bescherming van minderheden garanderen; - moet beschikken over een functionerende markteconomie, alsook over het vermogen om de concurrentiedruk en de marktkrachten binnen de Unie het hoofd te bieden; - moet in staat zijn om de verplichtingen van de Unie op zich te nemen, meer in het bijzonder op het stuk van de EMU.