Le Conseil d'Etat estime qu'il serait plus approprié de recourir à un arrêté royal délibéré en Conseil des Ministres pour accorder de telles exceptions, en dépit de l'antécédent que constitue la loi du 16 mars 1954, considérant que les listes d'organismes concernés sont trop divergentes.
De Raad van State is van mening dat het meer gepast zou zijn een beroep te doen op een in Ministerraad overlegd koninklijk besluit om dergelijke uitzonderingen toe te staan, ondanks het antecedent gevormd door de wet van 16 maart 1954, en meent hierbij dat de lijst van betrokken instellingen te uiteenlopend is.