La langue maternelle du soldat est présumée être celle de la commune où il est inscrit pour la milice, sauf le droit pour l'intéressé, qui déclare que sa langue maternelle n'est pas celle de cette commune, de demander sa désignation pour une garnison ou pour une unité d'un autre régime linguistique.
Er wordt ondersteld dat de moedertaal van den soldaat de taal is van de gemeente waar hij voor de militie ingeschreven is; doch de belanghebbende die verklaart dat zijn moedertaal de taal van bedoelde gemeente niet is, heeft het recht te vragen om voor een garnizoen of een eenheid met een ander taalstelsel te worden aangewezen.