que cette approche nécessitait des calculs pour établir, dans un dossier de demande de permis d'environnement, la production annuelle d'azote organique à partir du tableau se trouvant dans l'annexe I de l'arrêté du 4 juillet 2002 susvisé et intitulé " Production azotée annuelle par catégorie animale" ; que, néanmoins, la notion de production d'azote organique n'est plus, depuis 2002, le critère essentiel pour classer
les établissements agricoles et ce, pour plusieurs raisons; qu'en effet, la Région wallonne a adopté le programme de gestion durable de l'azote en agriculture, en réponse à la Directive européenne 91/676/CEE visant à rédui
...[+++]re la pollution des eaux par les nitrates d'origine agricole grâce à la désignation de zones vulnérables et à l'adoption de pratiques agricoles adéquates; que ces principes ont été définis dans l'arrêté du Gouvernement wallon du 10 octobre 2002 relatif à la gestion durable de l'azote en agriculture, appelé communément l'arrêté " nitrates" , et sont maintenant repris dans les articles R.188 à R.232 et R.460 du Livre II du Code de l'environnement, contenant le Code de l'eau; que ces dispositions, qui ne s'appliquent qu'aux activités agricoles, définissent de nouvelles règles concernant les quantités de fertilisants à épandre, les périodes et les conditions d'épandage, les modalités de stockage des engrais de ferme, celui-ci devant avoir une capacité minimale de 6 mois de stockage afin de respecter les périodes d'épandage, les obligations d'étanchéité des infrastructures de stockage, .; que la mise en conformité des infrastructures de stockage, imposée selon un échéancier défini à l'article R.460 du Livre II du Code de l'environnement, contenant le Code de l'eau, est un incitant à revoir plus globalement l'aménagement des bâtiments d'élevage et la production des engrais de ferme; que les principales administrations chargées d'encadrer cette matière sont, outre la Police de l'Environnement pour le contrôle, la Dir ...dat deze benaderingswijze berekeningen vereiste om in een dossier betreffende een aanvraag tot milieuvergunning de jaarlijkse productie org
anische stikstoffen vast te leggen op grond van de tabel die in bijlage I bij bovenbedoeld besluit van 4 juli 2002 opgenomen is onder het opschrift " Jaarlijkse stikstofproductie per dierencategorie" ; dat het begrip 'organische stikstoffenproductie sinds 2002 om verschillende redenen evenwel niet meer het hoofdcriterium is voor de indeling van landbouwinrichtingen; dat het Waalse gewest immers het programma voor duurzaam beheer van stikstoffen in de landbouw heeft aangenomen om te voldoen aan de Eu
...[+++]ropese Richtlijn 91/676/EEG inzake de bescherming van water tegen verontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen door het definiëren van kwetsbare gebieden en het aannemen van geschikte landbouwpraktijken; dat deze beginselen vastliggen in het besluit van de Waalse Regering van 10 oktober 2002 betreffende het duurzame beheer van stikstoffen in de landbouw, doorgaans " stikstoffenbesluit" genoemd, en nu opgenomen zijn in de artikelen R.188 tot R.232 en R.460 van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt; dat deze bepalingen, die slechts op landbouwactiviteiten van toepassing zijn, nieuwe regels definiëren i.v.m. de hoeveelheden te verspreiden bemestingsmiddelen, de verspreidingsperiodes en -voorwaarden, de modaliteiten voor de opslag van boerderijmeststoffen, waarbij een minimale capaciteit van zes maanden opslag nodig is om de verspreidingsperiodes in acht te nemen en de verplichtingen inzake dichtheid van de opslaginfrastructuren na te komen; dat het in conformiteit brengen van de opslaginfrastructuren, opgelegd volgens een tijdschema bepaald in artikel R.460 van Boek II van het Milieuwetboek, dat het Waterwetboek inhoudt, aanzet tot een globalere herziening van de teeltgebouwen en de productie van boerderijmeststoffen; dat de voornaamste administraties die zich met deze materie bezig ...