Si dans une société démocratique, chaque citoyen est en droit de penser qu'il conviendrait de privilégier plutôt l'un ou l'autre de ces intérêts, il apparaît que la Communauté fran
çaise compétente en matière d'enseignement mais également en matière de protection de l'enfance et de la jeunesse se doit quant à elle légalement
mais aussi plus fondamentalement moralement, de garantir et de préserver d'abord l'intérêt collectif d'un enseignement serein et l'intérêt particulier d'un enfant peut-être violé dans sa chair» (ibid., p. 4) (voy.
...[+++]aussi Doc., Parlement de la Communauté française, 1997-1998, n° 211/8, p. 3)
Hoewel in een democratische samenleving elke burger het recht heeft te denken dat veeleer het ene of het andere van die belangen voorrang zou verdienen, blijkt dat de Franse Gemeenschap, die bevoegd is inzake onderwijs maar tevens inzake jeugdbescherming, harerzijds wettelijk maar ook hoofdzakelijk moreel, in de eerste plaats het collectieve belang van een sereen onderwijs en het particuliere belang van een kind dat misschien tot in het binnenste van zijn wezen is geraakt, moet waarborgen en vrijwaren. » (ibid., p. 4) (zie ook Parl. St., Parlement van de Franse Gemeenschap, 1997-1998, nr. 211/8, p. 3)