2. En cas de décès d'une personne physique membre du groupement, nul ne peut prendre sa place dans le groupement si ce n'est dans les conditions prévues au contrat de groupement ou, à défaut, avec l'accord unanime des membres restants.
2. In geval van overlijden van een natuurlijke persoon die lid van het samenwerkingsverband is, kan zijn plaats in het samenwerkingsverband slechts door een ander worden ingenomen met inachtneming van de bepalingen van de oprichtingsovereenkomst, of bij gebreke daarvan, met eenstemmige goedkeuring van de overblijvende leden.