Un État membre ne devrait envisager une exemption que dans des circonstances strictement limitées et justifiées et lorsque les risques de blanchiment de capitaux ou de financement du terrorisme sont faibles.
Het gebruik van een vrijstelling door een lidstaat zou alleen mogen worden overwogen in strikt beperkte en gerechtvaardigde omstandigheden, en indien het witwasrisico en het risico van terrorismefinanciering gering zijn.