Art. 15. § 1. Les commissions zonales visées aux articles 6 et 10 comprennent, outre leur président et leur président suppléant, chacune 6 membres effectifs représentant les pouvoirs organisateurs selon le cas de l'enseignement officiel subventionné ou de l'enseignement libre subventionné, désignés par ceux-ci et 6 membres effectifs représentant les organisations syndicales représentatives désignés par celles-ci.
Art. 15. § 1. De in artikel 6 en 10 bedoelde zonale commissies bestaan naast de voorzitter en de plaatsvervangende voorzitter, uit telkens zes vaste leden die de inrichtende machten vertegenwoordigen en door hen aangeduid werden, naargelang het geval van het officieel gesubsidieerd onderwijs of het gesubsidieerd vrij onderwijs, en zes vaste leden die de representatieve vakbonden vertegenwoordigen en door hen werden aangeduid.