1. Les crédits nécessaires pour financer les dépenses visées à l'article 3, paragraphe 1, sont mis à la disposition des États membres par la Commission, sous forme de remboursements mensuels, ci-après dénommés «paiements mensuels», sur la base des dépenses effectuées par les organismes payeurs agréés, pendant une période de référence.
1. De Commissie stelt de kredieten die nodig zijn voor de financiering van de in artikel 3, lid 1, bedoelde uitgaven, in de vorm van maandelijkse vergoedingen, hierna „maandelijkse betalingen” genoemd, ter beschikking van de lidstaten op basis van de uitgaven die de erkende betaalorganen in een referentieperiode hebben verricht.