— une étude menée en Flandre entre juin 2007 et novembre 2008 auprès de médecins (signataires de certificat de décès), concernant 250 décès de mineurs ágés de 1 à 17 ans montre que dans 36,4 % des décès, une décision de fin de vie avait été prise (décision qui mène à l'administration d'une drogue létale causant le décès — 13 % des cas — ou l'administration de médicaments aux fins de soulager la douleur ou d'autres symptômes mais pouvant háter le décès, ou la non-poursuite d'un traitement) (5) ;
— uit een onderzoek dat van juni 2007 tot november 2008 in Vlaanderen werd gehouden bij artsen (die het overlijdensattest ondertekenen) over 250 overlijdens van minderjarigen in de leeftijd van 1 tot 17 jaar blijkt dat bij 36,4 % van de overlijdens een levenseindebeslissing werd genomen (een beslissing die leidt tot het toedienen van een dodelijk middel dat het overlijden veroorzaakt — 13 % van de gevallen — of het toedienen van medicijnen om de pijn of andere symptomen te verlichten, die echter het overlijden kunnen versnellen, of tot het niet voortzetten van een behandeling) (5) ;