« L'article 21 de la loi du 1 mars 1958 relative au statut des officiers de carrière des forces terrestre, aérienne et navale et du service médical, ainsi que des officiers de réserve de toutes les forces armées et du service médical, tel qu'il était libellé à l'origine, avant sa modification par la loi du 20 mai 1994, viole-t-il les articles 10 et 11 de la Constitution, lus séparément et conjointement avec les articles 12, 23 et 182 de la Co
nstitution, dans la mesure où cette disposition autorise le Ministre de la Défense nationale à donner sa propre interprétation à la notion d' ' intérêt du service ' en considérant notamment que celle
...[+++]-ci autorise le ministre à refuser une démission présentée, sur la base des exigences d'encadrement et parce qu'il n'est pas satisfait aux conditions de rendement ?« Schendt artikel 21 van de wet van 1 maart 1958 betreffende het statuut der beroepsofficieren van de land-, de lucht-, de zeemacht en de medische dienst en der reserveofficieren van alle krijgsmachtdelen en van de medische dienst, zoals het oorspronkelijk luidde vooraleer het werd gewijzigd door de wet van 20 mei 1994, de arti
kelen 10 en 11 van de Grondwet, afzonderlijk genomen en in samenhang beschouwd met de artikelen 12, 23 en 182 van de Grondwet, in de mate dat die bepaling de Minister van Landsverdediging toelaat om een eigen invulling te geven aan het begrip ' dienstbelang ' door met name aan te nemen dat zij de minister toelaat e
...[+++]en aangeboden ontslag te weigeren op grond van de encadreringsvereisten en omdat niet voldaan is aan de rendementsvoorwaarden ?