Suivant le paragraphe 2, le ministre désigne les corps, unités, services ou emplois où la connaissance et l'usage de plus d'une langue nationale est requis ou souhaité en précisant quelles langues sont visées.
Krachtens paragraaf 2 wijst de minister de korpsen, eenheden, diensten of betrekkingen aan waar de kennis en het gebruik van meer dan één landstaal vereist of gewenst is en bepaalt hij welke talen worden bedoeld.