L'examen d'une question inscrite à l'ordre du jour est ajourné à la réunion suivante lorsque le président, le représentant du ministre de tutelle, le représentant du ministre du Budget, l'administrateur général ou deux membres au moins en expriment le désir, en séance ou par écrit avant la réunion.
De behandeling van een aangelegenheid die op de agenda staat, wordt uitgesteld tot de volgende vergadering indien de voorzitter, de vertegenwoordiger van de voogdijminister, de vertegenwoordiger van de minister van Begroting, de administrateur-generaal of ten minste twee leden hierom verzoeken, hetzij tijdens de zitting, hetzij schriftelijk vóór de vergadering.