Art. 43. Lorsque le Comité de gestion du Service est en défaut de prendre une mesure ou d'accomplir un acte prescrit par la loi ou les règlements, le ministre peut se substituer à lui après l'avoir invité à prendre les mesures ou à accomplir les actes nécessaires dans le délai qu'il fixe, sans que celui-ci puisse être inférieur à huit jours.
Art. 43. Wanneer het Beheerscomité van de Dienst in gebreke blijft om een maatregel te treffen of een handeling te verrichten die door de wet of de verordeningen is voorgeschreven, kan de minister zich in zijn plaats stellen na het verzocht te hebben de maatregelen te nemen of de noodzakelijke handelingen te verrichten binnen de door hem gestelde tijd, die niet minder dan acht dagen mag bedragen.