Reconnaissant que la mise en œuvre du budget de la Communauté (section III) relève de la compétence de la Commission, le Parlement, le Conseil et la Commission conviennent que cette mise en œuvre devrait être échelonnée, dans toute la mesure du possible, de manière homogène sur toute l'année et qu'il faut, en particulier, éviter le cumul de la mise en œuvre à la fin de l'année.
Hoewel zij erkennen dat de uitvoering van de begroting van de Gemeenschap (Afdeling III) onder de bevoegdheid van de Commissie valt, zijn Parlement, Raad en Commissie het erover eens dat deze uitvoering zoveel mogelijk en op homogene wijze over het gehele jaar moet worden gespreid en dat met name een opeenhoping bij de uitvoering aan het einde van het jaar moet worden voorkomen.