11. rappelle que pour réaliser les sept initiatives phares de la stratégie Europe 2020, d'importants investissements axés sur l'avenir seront nécess
aires, estimés à au moins 1800 milliards d'euros d'ici 2020 ; souligne que l'un des objectifs premiers de la stratégie Europe 2020 – à savoir promouvoir la croissance et l'emploi de qualité pour tous les Européens – ne sera atteint que si les investissements nécessaires dans l'éducation, en faveur d'une société de la connaissance, ainsi que dans la recherche et l'innovation, les PME et les technologies nouvelles et vertes, tout en favorisant l'inclusion sociale, ont lieu dès maintenant sans
...[+++]atermoiement; préconise d'allier la promotion de ces investissements à une double stratégie de mesures d'assainissement budgétaire propices à la croissance, visant à réduire les déficits et la dette publique; 11. herinnert eraan dat omvangrijke toekomstgerichte investeringen nodig zijn, naar schatting ni
et minder dan 1 800 miljard EUR tot 2020 , om de zeven vlaggenschipinitiatieven van de Europa 2020-strategie te laten slagen; benadrukt dat een van de belangrijkste doelstellingen van de Europa 2002-strategie, het stimuleren van nieuwe arbeidsplaatsen en hoogwaardige werkgelegenheid voor alle Europeanen, alleen bereikt zal worden als de noodzakelijke investeringen in onderwijs, bevordering van een kennismaatschappij, onderzoek en innovatie, kmo's en groene en nieuwe technologieën, met aandacht voor sociale integratie, nu worden gedaan en niet
...[+++] langer worden uitgesteld; is voorstander van een tweesporenbenadering van groeibevorderende budgettaire consolidatie, waarin terugdringing van overheidstekorten en -schulden samengaat met bevordering van dergelijke investeringen;