3. Au sens du n° , l'expression "vêtements et accessoires du vêtement" s'applique notamment aux gants (y compris les gants de sport et les gants de protection), aux tabliers et autres équipements spéciaux de protection individuelle pour tous métiers, aux bretelles, ceintures, ceinturons, baudriers et bracelets, mais à l'exception des bracelets de montres (n° ).
3. Voor de toepassing van post wordt onder "kleding en kledingtoebehoren" onder meer verstaan: handschoenen (sport- en werkhandschoenen daaronder begrepen), voorschoten en andere uitrustingsstukken voor individuele bescherming, ongeacht voor welk ambacht of voor welk bedrijf, alsmede bretels, gordels, koppelriemen, draagbanden en polsgewrichtsbanden.