Art. 9. Les ouvriers licenciés au cours de l'année de référence pour tout autre motif que le motif grave, bénéficient d'une prime équivalant à 9,1 p.c. du salaire brut gagné dans l'entreprise pendant l'année de référence, et même s'ils donnent un contre-préavis pendant leur préavis.
Art. 9. De arbeiders die gedurende het refertejaar worden ontslagen om gelijk welke reden, behalve de dringende reden, genieten een premie gelijk aan 9,1 pct. van het brutoloon verdiend in de onderneming tijdens het refertejaar, en zelfs wanneer zij gedurende hun opzeg een tegenopzeg geven.