La motivation exigée devra consister « en l'indication, dans l'acte, des considérations de droit et de fait servant de fondement à la décision » et devra « être adéquate » (2) .
De opgelegde motivering moet « in de akte de juridische en feitelijke overwegingen vermelden die aan de beslissing ten grondslag liggen » en moet « afdoende zijn » (2) .