Malgré une position de principe discutable estimant que les revendications du mouvement anti-mondialiste tombent sous la définition légale de l'ingérence, le Comité permanent R n'a pas perçu, dans la manière effective dont la Sûreté de l'État traite la problématique de l'anti-mondialisation, d'indices d'une dérive mettant en péril les libertés que la Constitution et la loi confèrent aux personnes.
In weerwil van een betwistbaar standpunt volgens hetwelk de aanspraken van de anti-globaliseringsbeweging onder de wettelijke definitie van inmenging vallen, heeft het Vast Comité I in de concrete wijze waarop de Veiligheid van de Staat omgaat met het probleem van de antiglobalisering, geen aanwijzingen gevonden van enig afglijden dat een gevaar vormt voor de vrijheden die de Grondwet en de wet aan de personen toekennen.