Traduction de «moyens suffisamment bons » (Français → Néerlandais) :

TERMINOLOGIE

moyenne des temps de bon fonctionnement | temps moyen de bon fonctionnement | temps moyen de bon fonctionnement entre défaillances | temps moyen entre pannes | MTBF [Abbr.]
gemiddeld storingsvrij interval | gemiddeld tijdsverloop tussen storingen | gemiddelde tijd tussen storingen | MTBF [Abbr.]

taux moyen mensuel des bons du Trésor | TMB [Abbr.]
maandelijks indexgemiddelde van Franse schatkistbiljetten

bon à moyen terme négociable | BMTN
Effecten met middellange looptijd | Medium term note

TRADUCTIONS EN CONTEXTE

– (DE) Monsieur le Président, Mesdames et Messieurs, l’importance de ce rapport ne saurait être surestimée étant donné qu’il va permettre de rassembler des informations au niveau européen. Ces informations étaient déjà disponibles dans des endroits différents mais ne permettaient pas d’avoir une vision globale, parce que nous ne disposions pas de moyens suffisamment bons pour les relier.
– (DE) Mijnheer de Voorzitter, beste collega’s, de betekenis van dit verslag kan niet hoog genoeg worden ingeschat, want het brengt nu op Europees niveau informatie bij elkaar, die eerst afzonderlijk voorhanden was, maar die geen totaalbeeld kon geven omdat we niets hadden waarmee deze informatie voldoende met elkaar in verband kon worden gebracht.

Le texte, dans sa nouvelle formulation, est libellé comme suit : ' § 1. Chaque habitation doit satisfaire aux normes élémentaires suivantes de sécurité, de salubrité et de qualité d'habitat, précisées par le Gouvernement flamand : 1° la superficie des parties habitables, compte tenu du type d'habitation et de la fonction de la partie de la maison; 2° les équipements sanitaires et en particulier la présence d'une toilette en bon état de fonctionnement dans la maison ou y annexée et d'une salle d'eau avec eau courante reliée à une décharge sans occasionner de nuisance d'odeur dans la maison; 3° les possibilités de chauffage, en particulier la présence de moyens de chauffage suffisamment sûrs permettant de chauffer à une température normale les parties de maison destinées au logement, ou la possibilité de les raccorder en toute sécurité; 4° les possibilités d'éclairage et d'aération, les possibilités d'éclairage de parties du logement étant établies selon la fonction, la situation et la superficie du sol, et les possibilités d'aération selon la fonction et la situation de la partie destinée au logement et la présence d'installation de cuisson, de chauffage ou d'eau chaude produisant des gaz de combustion; 5° la présence d'installations électriques sûres en nombre suffisant, destinées à l'éclairage de l'habitation et à une utilisation sûre d'appareils électriques; 6° les installations de gaz offrant les garanties de sécurité suffisantes tant pour les appareils que pour leur placement et raccordement; 7° la stabilité et la physique des constructions relatives aux fondations, aux toitures, aux murs intérieurs et extérieurs, aux dalles de support et à la menuiserie.
De tekst luidde voortaan : ' § 1. Elke woning moet op de volgende vlakken voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, die door de Vlaamse regering nader worden bepaald : 1° de oppervlakte van de woongedeelten, rekening houdend met het type van woning en de functie van het woongedeelte; 2° de sanitaire voorzieningen, inzonderheid de aanwezigheid van een goed functionerend toilet in of aansluitend bij de woning en een wasgelegenheid met stromend water, aangesloten op een afvoerkanaal zonder geurhinder te veroorzaken in de woning; 3° de verwarmingsmogelijkheden, inzonderheid de aanwezigheid van voldoende veilige verwarmingsmiddelen om de woongedeelten met een woonfunctie tot een normale temperatuur te kunnen verwarmen of de mogelijkheid deze op een veilige manier aan te sluiten; 4° de verlichtings- en verluchtingsmogelijkheden, waarbij de verlichtingsmogelijkheid van een woongedeelte wordt vastgesteld in relatie tot de functie, de ligging en de vloeroppervlakte van het woongedeelte, en de verluchtingsmogelijkheid in relatie tot de functie en de ligging van het woongedeelte en de aanwezigheid van kook-, verwarmings- of warmwaterinstallaties die verbrandingsgassen produceren; 5° de aanwezigheid van voldoende en veilige elektrische installaties voor de verlichting van de woning en het veilig gebruik van elektrische apparaten; 6° de gasinstallaties, waarbij zowel de toestellen als de plaatsing en aansluiting ervan de nodige veiligheidsgaranties bieden; 7° de stabiliteit en de bouwfysica met betrekking tot de fundering, de daken, de buiten- en binnenmuren, de draagvloeren en het timmerwerk.

Chaque habitation doit satisfaire aux normes élémentaires suivantes de sécurité, de salubrité et de qualité d'habitat, précisées par le Gouvernement flamand : 1° la superficie des parties habitables, compte tenu du type d'habitation et de la fonction de la partie de la maison; 2° les équipements sanitaires et en particulier la présence d'une toilette en bon état de fonctionnement dans la maison ou y annexée et d'une salle d'eau avec eau courante reliée à une décharge sans occasionner de nuisance d'odeur dans la maison; 3° l'étanchéité au vent, l'isolation thermique et les possibilités de chauffage, en particulier la présence de moyens de chauffage suffisamment sûrs permettant de chauffer à une température normale les parties de maison destinées au logement, et de les réfrigérer, si nécessaire, à un coût d'énergie abordable ou la possibilité de les raccorder en toute sécurité; 4° les possibilités de ventilation, d'aération et d'éclairage, les possibilités d'éclairage de parties du logement étant établies selon la fonction, la situation et la superficie du sol, et les possibilités de ventilation et d'aération selon la fonction et la situation de la partie destinée au logement et la présence d'installation de cuisson, de chauffage ou d'eau chaude produisant des gaz de combustion; 5° la présence d'installations électriques sûres en nombre suffisant, destinées à l'éclairage de l'habitation et à une utilisation sûre d'appareils électriques; 6° les installations de gaz offrant les garanties de sécurité suffisantes tant pour les appareils que pour leur placement et raccordement; 7° la stabilité et la physique des constructions relatives aux fondations, aux toitures, aux murs intérieurs et extérieurs, aux dalles de support et à la menuiserie; 8° l'accessibilité et le [respect de] la vie privée; 9° les performances énergétiques minimales; 10° la présen [c]e d'eau potable.
Elke woning moet op de volgende vlakken voldoen aan de elementaire veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsvereisten, die door de Vlaamse Regering nader bepaald worden : 1° de oppervlakte van de woongedeelten, rekening houdend met het type van woning en de functie van het woongedeelte; 2° de sanitaire voorzieningen, vooral de aanwezigheid van een goed functionerend toilet in of aansluitend bij de woning en een wasgelegenheid met stromend water, beide aangesloten op een afvoerkanaal zonder geurhinder; 3° de winddichtheid, de thermische isolatie en de verwarmingsmogelijkheden, vooral de aanwezigheid van voldoende veilige verwarmingsmiddelen om de woongedeelten met een woonfunctie tot een normale temperatuur te kunnen verwarmen en, indien nodig, te kunnen koelen tegen redelijke energiekosten of de mogelijkheid om die middelen op een veilige manier aan te sluiten; 4° de ventilatie-, verluchtings- en verlichtingsmogelijkheden, waarbij de verlichtingsmogelijkheid van de woongedeelten wordt vastgesteld in relatie tot de functie, de ligging en de vloeroppervlakte ervan, en de ventilatie- en verluchtingsmogelijkheid in relatie tot de functie en de ligging van het woongedeelte en tot de aanwezigheid van kook-, verwarmings- of warmwaterinstallaties die verbrandingsgassen produceren; 5° de aanwezigheid van voldoende en veilige elektrische installaties voor de verlichting van de woning en voor het veilige gebruik van elektrische apparaten; 6° de gasinstallaties, waarbij zowel de toestellen als de plaatsing en de aansluiting ervan de nodige veiligheidsgaranties bieden; 7° de stabiliteit en de bouwfysica met betrekking tot de fundering, de daken, de buiten- en binnenmuren, de draagvloeren en het timmerwerk; 8° de toegankelijkheid en het respect voor de persoonlijke levenssfeer; 9° de minimale energetische prestaties; 10° de aanwezigheid van drinkbaar water.

Art. 3. Les établissements de crédit communiquent à la BNB un état périodique contenant les éléments suivants : 1° un tableau indiquant, à la date de clôture de l'exercice comptable, la somme jusqu'à cette date de l'ensemble des opérations réalisées par l'établissement dans le cadre de la loi, ventilée comme suit : a) le montant total des moyens de financement collectés en vertu de l'article 4 de la loi, ainsi que la ventilation de ce montant en bons de caisse, dépôts à terme et prêts interbancaires ; b) les revenus des placements effectués conformément à l'article 11, § 1 , alinéa 4 de la loi ; c) le montant total des fonds affectés conformément aux articles 9 à 11 de la loi ainsi que la ventilation de ce montant en projets éligibles tels que définis par l'arrêté et en investissements tels que visés à l'article 11, § 1 de la loi ; le montant total de projets éligibles sera ventilé en deux afin d'indiquer d'une part le montant total affecté sous forme de prêts et d'autre part le montant total affecté sous forme de lignes à la clientèle ; d) les montants affectés en projets éligibles, ventilés par type de projet, en suivant la nomenclature prévue à l'article 1 de l'arrêté ; e) les investissements réalisés conformément à l'article 11, § 1 en les ventilant par types d'actifs suffisamment liquides et à faible risque tels que définis à l'article 2, 16° de la loi; f) les éventuels placements autres que ceux précités, réalisés avec les fonds collectés dans le cadre de la loi.
Art. 3. De kredietinstellingen bezorgen aan de NBB een periodieke staat met de volgende elementen : 1° een tabel waarin de som wordt vermeld, op de datum van afsluiting van het boekjaar, van alle verrichtingen die de instelling tot op die datum in het kader van de wet heeft uitgevoerd, uitgesplitst als volgt : a) het totaal bedrag van de krachtens artikel 4 van de wet ingezamelde financieringsmiddelen, evenals de uitsplitsing van dit bedrag in kasbons, termijndeposito's en interbankenleningen; b) de opbrengsten van de overeenkomstig artikel 11, § 1, vierde lid van de wet uitgevoerde beleggingen; c) het totaal bedrag van de overeenkomstig de artikelen 9 tot 11 van de wet aangewende middelen evenals de uitsplitsing van dit bedrag in geschikte projecten als gedefinieerd in het besluit en in beleggingen als bedoeld in artikel 11, § 1 van de wet; het totaal bedrag van de geschikte projecten dient te worden uitgesplitst in enerzijds het totaal bedrag aangewend voor leningen en anderzijds het totaal bedrag aangewend voor kredietlijnen aan het cliënteel; d) de bedragen aangewend voor geschikte projecten, uitgesplitst per type van project, volgens de nomenclatuur van artikel 1 van het besluit; e) de overeenkomstig artikel 11, § 1 uitgevoerde beleggingen, uitgesplitst per type van voldoende liquide en weinig risicovolle activa als gedefinieerd in artikel 2, 16° van de wet; f) de eventuele andere beleggingen dan de voornoemde, die met de in het kader van de wet ingezamelde middelen zijn uitgevoerd.

À cet égard, l'importance de la place prise par l'État provient à la fois d'une volonté d'assurer suffisamment de moyens au secteur culturel pour en assurer le bon financement, mais aussi de garantir la plus grande diversité culturelle ainsi qu'un accès de l'ensemble de la population à ces activités.
De rol van de Staat is zo groot omdat hij de culturele sector voldoende middelen voor een goede werking wenst te verlenen, maar ook wil zorgen voor een grote culturele diversiteit en activiteiten die toegankelijk zijn voor iedereen.

En vue de permettre le bon fonctionnement des commissions paritaires, il faudra mettre à leur disposition suffisamment de moyens et de personnel.
Om goed te kunnen functioneren moeten de paritaire commissies over voldoende middelen en personeel kunnen beschikken.

12. rappelle aux États membres l'obligation qui leur incombe d'atteindre un bon état des eaux d'ici 2015, en vertu de la directive-cadre sur l'eau, et invite les États membres et la Commission à prendre aussi vite que possible toutes les mesures nécessaires et à mettre à disposition suffisamment de financements et de moyens techniques pour atteindre ces objectifs en matière de qualité de l'eau; considère que la participation des citoyens, des autorités compétentes des différents niveaux de gouvernement, des secteurs de la production, des ONG à vocation environnementale et de la société civile est essentielle en vue de la bonne mise en œuvre de la directive-cadre sur l'eau et d'une gestion durable de l'environnement dans son ensemble;
12. herinnert de lidstaten aan hun verplichtingen onder de KRW om tegen 2015 een goede watertoestand te bereiken, en roept de lidstaten en de Commissie op zo snel mogelijk te handelen om alle noodzakelijke maatregelen te treffen en voldoende middelen en technische ondersteuning beschikbaar te stellen om deze doelstellingen betreffende waterkwaliteit te verwezenlijken; is van mening dat de participatie van burgers, de bevoegde autoriteiten op verschillende overheidsniveaus, producerende sectoren, milieu-ngo's en het maatschappelijk middenveld van essentieel belang is voor de succesvolle tenuitvoerlegging van de KRW en voor duurzaam milieubeheer in het algemeen;

a) à bord d'un bâtiment motorisé, à l'exception d'une petite embarcation, au moyen d'avertisseurs sonores en bon état de fonctionnement et actionnés mécaniquement, placés suffisamment haut, dégagés vers l'avant et autant que possible vers l'arrière;
a) een motorschip, met uitzondering van een klein schip, geven door middel van een mechanisch werkende geluidsinstallatie die voldoende hoog is opgesteld en vrij staat naar voren en voor zover mogelijk ook naar achteren, die goed functioneert;

Une critique récurrente adressée à la proposition est que ceux qui l'ont élaborée pensaient essentiellement aux actions et n'ont pas suffisamment pris les obligations en considération et, notamment, les euro-obligations, les obligations hypothécaires et les bons à moyen terme négociable.
Een vaak terugkerende kritiek op het voorstel is dat het hoofdzakelijk is toegesneden op aandelen en te weinig rekening houdt met de specifieke kenmerken van obligaties, met name euro-obligaties, pandbrieven en depotbewijzen of kasbons.