Art. 21. Le salaire visé à l'article 20 s'établit en multipliant le salaire horaire minimum de l'ouvrier ou l'ouvrière à l'atelier par le nombre d'heures travaillées durant le mois précédent, déduction faite du nombre d'heures perdues par suite de maladie, accouchement, service militaire, congés payés, accident, jours de chômage, pendant la période considérée.
Art. 21. Het in artikel 20 bedoelde loon wordt vastgesteld door het minimumuurloon van de werkman of de werkster in de werkplaats te vermenigvuldigen met het aantal gepresteerde uren tijdens de voorgaande maand, verminderd met het aantal verloren uren wegens ziekte, bevalling, legerdienst, betaalde vakantie, ongeval, dagen werkloosheid, tijdens de in aanmerking genomen periode.