33. demande l'utilisation des mécanismes de contrôle existants, tels que l'écoconditionnalité, afin de garantir que la biodiversité et les ressources environnementales, comme le sol, l'eau et l'air, ne soient pas menacées par la bioproduction de carburants, d'énergie et de matériaux et que les émissions de gaz à effet de serre soient réellement réduites;
33. roept op tot het gebruik van bestaande controlemechanismen, zoals de randvoorwaarden (cross-compliance), teneinde te waarborgen dat de biodiversiteit en de natuurlijke elementen grond, water en lucht niet in gevaar worden gebracht door de productie van brandstoffen, energie en materialen op biologische basis en de uitstoot van broeikasgassen daadwerkelijk wordt verminderd;