Etant donné que, comme il est observé en B.10, la formation en inter-réseaux ne porte que dans une mesure restreinte sur la méthode pédagogique, qu'elle n'oblige pas à opter en faveur d'une certaine méthode pédagogique plutôt qu'en faveur d'une autre et qu'elle doit tenir compte des caractéristiques spécifiques du projet éducatif et pédagogique, l'article 24, § 4, de la Constitution n'imposait pas au législateur décrétal de permettre à certains pouvoirs organisateurs d'obtenir une dérogation qui les autoriserait à être dispensés de l'intervention de l'Institut et à organiser eux-mêmes la formation.
Aangezien, zoals in B.10 is opgemerkt, de netoverschrijdende opleiding slechts in beperkte mate betrekking heeft
op de pedagogische methodes, zij niet ertoe verplich
t voor een bepaalde pedagogische methode te opteren veeleer dan voor een andere en zij rekening moet houden met de specifieke kenmerken van het opvoedkundig en pedagogisch project, verplichtte artikel 24, § 4, van de Grondwet de decreetgever niet om het sommige inrichtende machten mogelijk te maken een afwijking te verkrijgen die hen in staat zou stellen te worden vrijgest
...[+++]eld van het optreden van het Instituut en de opleiding zelf in te richten.