Par conséquent, même si la condition d'âge de vingt et un ans contenue dans l'article 40bis, § 2, alinéa 1, 2°, c), de la loi du 15 décembre 1980 n'est pas en soi dénuée de justification raisonnable, il n'existe pas de justification raisonnable au fait qu'une dérogation à la condition d'âge puisse être accordée, en vertu de l'article 10, § 1, alinéa 1, 5°, à certaines c
onditions en cas de regroupement familial avec un ressortissant d'un Etat tiers alors que, depuis l'adoption de la disposition attaquée, cette dérogation n'est plus pos
...[+++]sible en cas de regroupement familial avec un citoyen de l'Union.
Hoewel de leeftijdsvereiste van eenentwintig jaar vervat in artikel 40bis, § 2, eerste lid, 2°, c), van de wet van 15 december 1980 op zich niet zonder redelijke verantwoording is, bestaat er derhalve geen redelijke verantwoording voor het feit dat op grond van artikel 10, § 1, eerste lid, 5°, onder bepaalde voorwaarden een afwijking van de vermelde leeftijdsvereiste kan worden toegestaan bij gezinshereniging met een onderdaan van een derde Staat, terwijl dat sinds de aanneming van de bestreden bepaling niet meer mogelijk is bij gezinshereniging met een burger van de Unie.