Selon l'article 22, § 1er, 1° du Code de la nationalité belge, perd la qualité de Belge «celui qui, ayant atteint l'âge de dix-huit ans, acquiert volontairement une nationalité étrangère». Cette règle très simple et très claire existait déjà, telle quelle, dans la législation antérieure au Code de la nationalité de 1985, à savoir à l'article 18, § 1er, des lois sur l'acquisition, la perte et le recouvrement de la nationalité belge, coordonnées par l'arrêté royal du 14 décembre 1932.
Overeenkomstig artikel 22, § 1, 1° van het Wetboek van de Belgische nationaliteit verliest «hij die de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt en vrijwillig een vreemde nationaliteit verkrijgt» de staat van Belg. Die zeer eenvoudige en zeer duidelijke regel bestond als dusdanig reeds in de wetgeving die aan het Wetboek van de Belgische nationaliteit van 1985 voorafging, te weten in artikel 18, § 1, van de wetten op de verwerving, het verlies en de herkrijging van de nationaliteit, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 14 december 1932.