1 c.
Indiquer le type du navire en utilisant les abréviations suivantes : P = paquebot conventionnel (pouvant loger 100 ou plus de 100 passagers); PV = paquebot mixte conventionnel (13 à 99 passagers); T = bateau citerne; ET = bateau minéralier
; OBO = bateau Oil Bulk Ore (bateau pouvant, au choix, servir alternativement au transport d'huiles, de vracs ou de minéraux
); M = autres transporteurs de marchandises en vrac p. ex. bate
aux de gra ...[+++]ins ou de bois; SL = remorqueur; B = dragueur et/ou matériel d'entrepreneur; C = bateau destiné exclusivement au transport de conteneurs; Ro = idem pour le transport roll-on/roll-off (y compris d'autos); CRo = bateau destiné aussi bien au transport de conteneurs qu'au roll-on/roll-off; PRo = bateau pour le ro/ro et transportant 13 passagers ou plus (y compris ferry-boats); L = navire porte barges ou similaire; V = autres cargos.1. c. Te vermelden het type van het schip, waarbij de v
olgende afkortingen worden gebruikt : P = conventioneel passagiersschip (accom. voor 100 of meer passagiers); PV = conventioneel vracht-passagiersschip (13 t/m 99 passagiers); T = tankschip; ET = ertstankschip; OBO - Oil
Bulk Ore (schip dat naar keuze afwisselend kan worden gebruikt v
oor het vervoer van olie, bulkladingen of van ert
...[+++]s); M = overige massagoedschepen b.v. graan of houtschepen; SL = sleepboot; B = bagger- en/of aannemingsmateriaal; C = schip uitsluitend voor containervervoer; Ro = idem voor roll-on/roll-off vervoer (incl. autotransportschepen); CRo = schip zowel voor containers als roll-on/roll-off; Pro = schip voor ro/ro en 13 of meer passagiers (incl. ferryschepen); L = LASH-of soortgelijk schip; V = overige vrachtschepen.