Løgstør nie catégoriquement cette version des faits et affirme que la demande de Tarco (portant sur quelque 4,5 millions de DKK) a été satisfaite de deux façons: a) en prenant en compte les commandes de gaines plastiques et d'autres matériaux que Løgstør avait déjà passées à Tarco au cours de l'année et qui représentaient une contribution positive et b) par sa renonciation, au bénéfice de Tarco, à sa participation dans un projet conjoint en Islande (réponse de Løgstør à la demande au titre de l'article 11 du 26 avril 1997).
Løgstør ontkent deze versie van de gebeurtenissen met klem en beweert dat aan Tarco's vordering (ten belope van ongeveer 4,5 miljoen DKK) werd voldaan door a) het in aanmerking nemen van bestellingen voor plasticbedekkingen en andere materialen die Løgstør reeds in de loop van het jaar bij Tarco had geplaatst en die aan deze onderneming een positieve bijdrage leverden, en b) het afstaan van haar aandeel in een gezamenlijk project in IJsland ten gunste van Tarco (antwoord van Løgstør op het verzoek van 26 augustus 1997 uit hoofde van artikel 11).