La profondeur minimale de 100 mètres sous la surface de la terre traduit la recherche d'un équilibre adéquat entre, d'une part, la prévention de nuisances excessives pour les ayants droit en ce qui concerne la surface et la restriction du droit de propriété, et, d'autre part, le postulat d'une profondeur réaliste, du point de vue géologique, au niveau de laquelle les hydrocarbures peuvent être recherchés et extraits.
De minimumdiepte van 100 meter onder het aardoppervlak is een uiting van het zoeken naar een adequaat evenwicht tussen enerzijds het vermijden van overdreven hinder voor de rechthebbenden ten aanzien van de bovengrond en het inperken van het eigendomsrecht, en anderzijds het vanuit geologisch standpunt vooropstellen van een realistische diepte waarop koolwaterstoffen opgespoord en gewonnen kunnen worden.