Une distinction qui s'appuie sur une référence exclusive à une philosophie confessionnelle ou non confessionnelle répond à une différence objective qui, s'agissant des conditions de subventionnement, ne saurait justifier un traitement approprié au sens de l'article 24, 4, alinéa 2, de la Constitution.
Een onderscheid dat gebaseerd is op een exclusieve verwijzing naar een confessionele of niet-confessionele levensbeschouwing, beantwoordt aan een objectief verschil dat, wat de voorwaarden voor subsidiëring betreft, een aangepaste behandeling in de zin van artikel 24, 4, tweede lid, van de Grondwet niet kan verantwoorden.