15. Votre rapporteur souhaiterait rappeler que, dans le souci de respecter le principe de légalité – et de préserver sa propre crédibilité en tant que colégislateur –, le Parlement ne devrait être habilité, lors d'une procédure préjudicielle, à faire valoir une position différente de celle adoptée dans le cadre de la procédure de codécision que dans des cas exceptionnels et uniquement après un examen juridique approprié.
15. De rapporteur wijst er andermaal op dat het Parlement, ter eerbiediging van het legaliteitsbeginsel en ter bescherming van zijn eigen geloofwaardigheid als medewetgever, slechts in uitzonderlijke omstandigheden en dan nog slechts op grond van degelijke juridische overwegingen in staat mag worden gesteld om tijdens de inleidende procedure een ander standpunt in te nemen dan tijdens de codecisieprocedure.