41. constate que l'agriculture demeure la principale source de revenus et d'emplois
dans la plupart des pays en développement, notamment pour les plus p
auvres, et souligne donc l'importance de la proposition avancée par l'UE de supprimer ses subventions à l'exportation d'ici à 2013; insiste sur la nécessité que d'autres membres de l'OMC agissent de même; insiste pour que, parallèlement, l'UE obtienne d'ici à avril 2006 l
'abandon des autres formes de soutie ...[+++]n aux exportations parfois déguisées (crédit à l'exportation, aide alimentaire, entreprises d'État, etc.) existantes dans certains pays développés afin de corriger les déséquilibres commerciaux actuels entre le Nord et le Sud, et de rendre l'agriculture des pays pauvres plus rentable; 41. merkt op dat de landbouw in de meeste ontwikkelingslanden nog steeds de voornaamste bron van inkomen en werkgelegenheid is, met name voor de arme bevolkingsgroepen, en benadrukt derhalve het belang van het aanbod van de EU om haar exportresubsidies uiterlijk tegen 2013 af te schaffen; stelt met klem dat een vergelijkbaar initiatief van andere WTO-leden nodig is; roept de EU op om te blijven pleiten voor de afschaffing van de ove
rige, soms verkapte vormen van exportsteun (uitvoerkredieten, voedselhulp, staatsondernemingen, enz.), zodat de bestaande o
...[+++]ngelijkheden in de handel tussen noord en zuid kunnen worden gecorrigeerd en om de landbouw van armere landen winstgevender te maken;