L
e requérant prend un moyen de ce que les dispositions qu'il attaque créeraient une discrimination contraire aux articles 10 et 11 de la Constitution combinés avec l'article 23, alinéa 3, 1°, de la Constitution et avec l'article 6.1 du Pacte international relatif aux droits économiques, sociaux et culturels entre ceux qui exercent une fonction au sein du notariat et ceux qui en exercent une dans le secteur des assurances, dans le secteur financier, au barreau, dans un bureau de l'enregistrement, dans une conservation des hypothèques ou dans une université, seuls les premiers disposant de la possib
ilité d'être nommés ...[+++]notaires alors que les seconds ne peuvent obtenir qu'un certificat de stage et ne peuvent être nommés notaires directement.De verzoeker leidt een middel af uit het feit dat de door hem aangevochten bepalingen een discriminatie in het leven zouden roepen die strijdig is met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in samenhang gelezen met artikel 23, derde lid, 1°, van de Grondwet en met artikel 6.1 van het Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, tussen diegenen die een ambt uitoefenen binnen een notariaat en diegenen die een ambt uitoefenen in de sector van de verzekeringen, de financiële sector, aan de balie, in een registratiekantoor, in een hypotheekkantoor of in een universiteit, waarbij enkel eerstgenoemden de mogelij
kheid hebben om tot notaris te worden ...[+++] benoemd, terwijl laatstgenoemden slechts een stagecertificaat kunnen verkrijgen en niet rechtstreeks tot notaris kunnen worden benoemd.