Art. 22. Pour le calcul de l'ancienneté pécuniaire des
sous-officiers de l'Armée belge, des anciens agents de la Régie des transports maritimes et des agents revêtus d'un des grades d'agent pénitentiaire, d'assistant pénitentiaire adjoint, d'assistant technique adjoint, d'assistant pénitentiaire, d'assistant technique, d'assistant pénitentiaire en chef et d'assistant technique en chef, nommés dans un des grades mentionnés à l'article 3 du présent arrêté, l'ancienneté acquise dans l'échelle de traitement liée à leur grade est censée êtr
e acquise dans leur ...[+++]nouvelle échelle de traitement.
Art. 22. Voor de berekening van de weddenanciënniteit van de onderofficieren van de Belgische Krijgsmacht, de gewezen ambtenaren van de Regie voor maritiem transport, en de ambtenaren bekleed met één van de graden van penitentiair beambte, kwartierchef, adjunct-penitentiair assistent, adjunct-technisch assistent, penitentiair assistent, technisch assistent, hoofdpenitentiair assistent, hoofdtechnisch assistent, benoemd tot één van de graden vermeld in artikel 3 van dit besluit, wordt de anciënniteit verworven in de weddenschaal verbonden aan hun graade geacht verworven te zijn in hun nieuwe weddenschaal.