« Concernant l'alinéa 2, b), en cas d'existence d'un démembrement de la pleine propriété résultant d'une succession, si l'usufruitier renonce à son droit en faveur du/des nu-propriétaire(s) avant ou après lui/leur avoir donné, dans un délai maximum de trois ans, le droit
de propriété ou de nue-propriété qu'il détenait aussi sur le même bien immeuble, la base imposable de cette donation sera revue, sauf si l'usufruitier prouve que l'ensemble de ces actes juridiques se justifie par d'autres motifs que la volonté d'éviter les droits dus, afin d'y ajouter la valeur vénale de l'usufruit auquel il a été renoncé et permettre ainsi la perception
...[+++] du droit complémentaire de donation."Indien er, wat betreft lid 2, b), een verdeling bestaat van de volle eigendom voortvloeiend uit een nalatenschap als de vruchtgebruiker afziet van zijn recht ten gunste van de blote eigenaar(s) voordat of nadat hij hem/hen binnen een maximumtermijn van drie jaar het recht van eige
ndom of van blote eigendom heeft gegeven, wordt de belastbare grondslag van deze schenking herzien, behalve als de vruchtgebruiker bewijst dat deze gezamenlijke rechtshandelingen verantwoord zijn door andere motieven dan de wil om de verschuldigde rechten te vermijden om er de verkoopwaarde van het vruchtgebruik waarvan afgezien werd aan toe te voegen en aldus
...[+++]de heffing van het aanvullend schenkingsrecht mogelijk te maken.