En effet, cette méthode de recherche ne peut être a
utorisée que par un juge d'instruction, dont le rôle, en vertu de l'article 55 du C. I. Cr., est limité à la recher
che des « auteurs d'infractions
», ce qui implique nécessairement que l'infraction ait été commise et soit connue, alors que l'enquête proactive, définie par l'article 28bis, § 2, du même Code, consiste en « la recherche, la collecte, l'enregistrement et le traitement de données et d'informations sur la base d
...[+++]'une suspicion raisonnable que des faits punissables vont être commis ou ont été commis mais ne sont pas encore connus ».
Die onderzoeksmethode kan enkel worden gemachtigd door een onderzoeksrechter wiens rol, krachtens artikel 55 van het Wetboek van Strafvordering, beperkt is tot het opsporen van de « daders van misdrijven », wat noodzakelijkerwijze impliceert dat het misdrijf is gepleegd en aan het licht is gebracht, terwijl de proactieve recherche, gedefinieerd in artikel 28bis, § 2, van hetzelfde Wetboek bestaat in « het opsporen, het verzamelen, registreren en verwerken van gegevens en inlichtingen op grond van een redelijk vermoeden van te plegen of reeds gepleegde maar nog niet aan het licht gebrachte strafbare feiten ».