Répondant à une observation critique d'un rapporteur concernant l'absence de participation du Parlement flamand pour ce qui est de la déclaration de neutralité et de la déclaration d'attachement à l'enseignement communautaire, le ministre a dit que « chaque négociateur était conscient de l'importance de cette matière ».
Naar aanleiding van een kritische opmerking van een verslaggever betreffende het ontbreken van inspraak van het Vlaams Parlement op het vlak van de neutraliteitsverklaring en de verklaring van gehechtheid aan het gemeenschapsonderwijs, stelde de minister dat « iedere onderhandelaar het belang van deze aangelegenheid besefte ».
