La différence de traitement critiquée en ce qui concerne les exercices d'imposition 1983 et 1984 repose ce
rtes sur un critère objectif mais ne peut être raisonnablement justifiée, en particulier lorsque la possibilité d'amortissement accordée de manière plus réduite aux contribuables investissant au moyen de fonds propres qu'à ceux investissant au moyen de fonds de tiers est confrontée à l'objectif du législateur, qui consistait, depuis la loi de redressement du 10 février 1981 mentionnée au B.2.1, à promouvoir les investissements par autofinancement (Doc. parl., Chambre, 1980-1981, n° 716/8, p. 2, et Doc. parl., Sénat, 1980-1981, n° 577
...[+++]-2, p. 4).Het in het geding zijnde verschil in behandeling voor de aanslagjaren 1983 en 1984 steu
nt weliswaar op een objectief criterium maar kan niet op redelijke wijze worden verantwoord, in het bijzonder wanneer de geringere mogelijkheid van afschrijving voor belastingplichtigen die met eigen middelen investeren, vergeleken met degenen die met vreemde middelen investeren, wordt geplaatst tegenover de doelstelling van de wetgever, die vanaf de in B.2.1 vermelde herstelwet van 10 februari 1981 erop gericht was de investeringen bij wege van autofinanciering te bevorderen (Parl. St., Kamer, 1980-1981, nr. 716/8, p. 2, en Parl. St., Senaat, 1980-198
...[+++]1, nr. 577-2, p. 4).