46. prend acte du fait que de nombreux États membres continuent à reconnaître l'OTAN comme le pilier de leur sécurité dans l'éventualité d'une agression armée; estime que la coopération et la complémentarité doivent être les éléments clés sur lesquels sont basées les rel
ations Union-OTAN; propose, dans cette optique, compte tenu de la différence de nature des deux organisations, qu'aient lieu des discussions sur l'amélioration de la coordination des contributions nationales à la force de réaction de l'O
TAN et de celle des objectifs globaux ...[+++] de l'Union en vue d'éviter toute duplication; invite les États membres à poursuivre la réforme de leurs forces armées afin d'en augmenter la capacité de déploiement, de transport et de durabilité; constate à ce propos que la plupart des États membres continueront dans un avenir proche à affecter les mêmes unités à l'OTAN et à l'Union en raison de la pénurie d'unités possédant les qualifications et les capacités appropriées; demande instamment aux États membres de continuer d'accroître leurs effectifs de réaction rapide afin de répondre rapidement, à l'avenir, aux besoins opérationnels de l'Union et de l'OTAN;
46. erkent dat de NAVO voor vele lidstaten het fundament blijft voor hun veiligheid in geval van gewapende agressie; is van mening dat samenwerking en complementariteit de sleutelbegrippen zijn waarop de betrekkingen tussen de EU en de NAVO gebaseerd moeten zijn; stelt in lijn hiermee besprekingen voor - rekening houdend met het onderscheiden karakter van de beide organisaties - over een verbeterde coördinatie van de nationale bijdragen aan de NAVO-interventiemacht en van de EU-hoofddoelen, ter voorkoming van o
verlappingen; dringt er bij de lidstaten op aan om voort te gaan met de hervorming van hun strijdkrachten teneinde die gemakke
...[+++]lijker en op duurzamer grondslag inzetbaar en vervoerbaar te maken; merkt in dit verband op dat voor de afzienbare toekomst de meeste lidstaten dezelfde eenheden beschikbaar zullen stellen aan NAVO en EU, aangezien er een schaarste bestaat aan eenheden die over de juiste vaardigheden en capaciteiten beschikken; dringt er bij de lidstaten op aan voort te gaan met de verruiming van hun pool van onmiddellijk inzetbare strijdkrachten, zodat in de toekomst gemakkelijk kan worden voldaan aan de operationele behoeften van zowel EU als NAVO;