75. recommande aux États membres une politique proactive en matière de logement décent pour assurer l'accès universel à un logement de qualité, qui garantisse l'accès aux services essentiels du point de vue de la santé et de la sécurité, à un coût abordable ou à un prix d'achat préférentiel, et pour prévenir de sa perte, l'absence de logement constituant une grave atteinte à la dignité, ainsi qu'une politique proactive en matière énergétique, en renforçan
t l'utilisation des énergies renouvelables et l'efficacité énergétique afin de lutter contre la précarité énergétique; demande qu'une attention accrue soit accordée, en matière de logem
...[+++]ent, aux migrants, qui sont souvent exploités et obligés d'habiter des logements insalubres; rappelle l'existence du protocole 26 du traité de Lisbonne en matière de logement social et appelle au respect des dispositions contenues par celui-ci notamment en matière de liberté des États membres de l'organiser, y inclus la question du financement; encourage les États membres à mettre en œuvre des programmes de logement spéciaux et des occasions pour les personnes sans-abri, pour garantir les normes de vie les plus élémentaires aux personnes les plus vulnérables de la société; 75. beveelt de lidstaten een proactief beleid aan op het gebied van behoorlijke huisvesting, om universele toegang tot huisvesting van goede kwaliteit voor een betaalbare prijs of onder preferentiële aankoopvoorwaarden te garanderen, waarbij de toegang tot essentiële gezondheids- en veiligheidsdiensten gegarandeerd is, en om het verlies aan huisvesting te voorkomen, aangezien het ontbreken ervan een ernstige schending van de waardigheid betekent, alsook een proactief belei
d op het gebied van energie, door ervoor te zorgen dat meer gebruik van hernieuwbare energiebronnen wordt gemaakt en dat de energie-efficiëntie wordt verbeterd, teneind
...[+++]e de energiearmoede te bestrijden; vraagt om extra aandacht voor huisvesting voor migranten, die vaak worden uitgebuit en gedwongen zijn in onbewoonbare woningen te wonen; herinnert aan het bestaan van protocol 26 van het Verdrag van Lissabon over sociale huisvesting en roept op tot naleving van de bepalingen die hierin zijn vervat, met name op het gebied van de vrijheid van de lidstaten om deze te organiseren, met inbegrip van de financieringskwestie; moedigt de lidstaten aan speciale huisvestingsprogramma's uit te voeren en mogelijkheden te benutten voor daklozen, om de meest basale levensstandaard te bieden aan de meest kwetsbare groep in de samenleving;