En revanche, tant la lutte contre la ludopathie et les conséquences individuelles et sociales dommageables de l'addiction aux jeux d'argent, que la lutte contre la criminalité et la fraude constituent des raisons impérieuses d'intérêt général qui se rattachent, toutes deux, à la protection des destinataires du service et, plus généralement, des consommateurs ainsi qu'à la protection de l'ordre social (CJCE, 21 octobre 1999, précité, point 31).
Zowel de bestrijding van spelverslaving en van de schadelijke individuele en maatschappelijke gevolgen van gokverslaving, als de bestrijding van de criminaliteit en de fraude vormen daarentegen dwingende redenen van algemeen belang die beide verband houden met de bescherming van diegenen voor wie de dienst wordt verricht en, meer in het algemeen, van de consumenten, alsook met de bescherming van de maatschappelijke orde (HvJ, 21 oktober 1999, voormeld, punt 31).